Deze woningen zijn te
gast in het landschap
Edwin van Elk van EVE Architecten tekenden voor de uitwerking van De Hoeven. In hun plan wordt achter de Vaartweg een tweedelijns lintbebouwing gecreëerd, vertelt Edwin: “In de verkaveling hebben we de landelijke structuur van het slagenlandschap aangehouden, met slootjes en langgerekte graslanden. De riante woningen zijn als het ware te gast in dit landschap, en bewoners genieten van een fantastisch vrij uitzicht op een unieke plek.”

Edwin van Elk
Het ritme van de
slootjes
“In deze plannen is de natuur leidend”, vervolgt Edwin, “en dat betekent dat je goed moet nadenken waar je de bebouwing gaat plaatsen. Dat is best even een zoektocht geweest. We hebben ervoor gekozen om het ritme van de slootjes te herstellen en om die ook echt op te nemen als een element in het straatbeeld. Daartussen hebben we bouwvlekken gecreëerd, waarop alle bebouwing dient te gebeuren: de hoofdwoning, het bijgebouw, de vlonder en al het meerwerk. Zo ontstaan prachtig vrijstaande villa’s, opgenomen in het landschap in een herkenbare cadans van slootje-groen-bouw.”

Enerzijds besloten,
anderzijds open
en vrij
Trouw aan die landelijke sfeer is gekozen voor ‘schuurachtige’ volumes met veel ruimte en lucht, vertelt Edwin: “Het zijn riante woningen met één laag en een steile kap, waarbij we de massa dus relatief laag houden. Het basisidee is dat we de villa’s aan de noordzijde relatief gesloten houden, met een lange, aaneengesloten wand. Hierdoor is de privacy op het terras gewaarborgd en hoeven er dus geen schuttingen geplaatst te worden tussen de kavels. Aan de andere zijde werken we juist veel met glas en openingen, waardoor bewoners een vrij zicht op hun tuin en het achterland behouden.”

Verschillende
look-and-feel
De basisindeling van deze villa’s is gelijk, maar er zijn drie types met een totaal verschillende look-and-feel. Edwin: “Type A is opgetrokken uit twee kleuren hout, waarin we een mooie belijning hebben aangebracht. Type B is een knipoog naar de jaren-zeventig-architectuur, met fraai metselwerk, grote ramen en een dakoverstek. Type C, ten slotte, trekt de aandacht met zijn rieten kap. De begane grond is gemetseld en op de verdieping wordt gewerkt met notenhouten accenten. Dankzij deze afwisseling hebben alle woningen hun eigen pluspunten, en heeft De Hoeven als gebied toch een herkenbare identiteit.”